Wat is padel?

De sport Padel is in 1969 ontstaan in Acapulco, Mexico. Enrique Corcuera was een rijke zakenman die thuis niet genoeg ruimte had voor een tennisbaan. Daarom bedacht hij een soortgelijke sport. Hij zette een terrein van 10 bij 20 meter af met muren en plaatste een net. Omdat de baan kleiner was, speelde hij met kleinere houten rackets in plaats van tennisrackets. 

 

In eerste instantie werd Padel alleen gespeeld door de Mexicaanse elite. Totdat Alfonso de Hohenlohe, een Spaanse vriend van Corcuera, de sport meenam naar Spanje. Daar introduceerde hij de sport in Marbella, waar in 1974 de eerste Europese padelclub is opgericht. De promotie via de Spaanse koning (Juan Carlos) en voormalig Wimbledon winnaar Manolo Santana zorgden ervoor dat de sport enorm snel groeide. Vervolgens bracht een andere vriend van De Hohenlohe, Julio Menditengui, Padel naar Argentinië. 

 

Sinds 2016/2017 is het aantal padelbanen verdubbeld in Nederland. De verwachting is dat er in 2024 op minimaal 400 locaties Padel gespeeld kan worden en dat er in totaal zo'n 1100 padelbanen zullen zijn.

Padel wordt vooral 2 tegen 2 gespeeld. Het scoreverloop gaat hetzelfde als bij tennis, namelijk 15, 30, 40, game en deuce bij 40-40. Dan moeten er twee punten achterelkaar gewonnen worden om de game te winnen. Een set wordt gewonnen bij zes games, met twee games verschil. Bij een stand van 6-6 wordt een tie-break gespeeld. Een tie-break gaat tot de zeven punten met twee punten verschil. De opslag bij Padel moet onderhands gespeeld worden en geplaatst worden in het vak schuin aan de overkant. De bal mag één keer stuiteren op de grond, maar mag meerdere keren het glas aanraken. Een rally bij Padel kan al snel vrij intens worden zoals in de onderstaande video te zien is.